Een kwartiertje geleden maakte ik nog even snel een ommetje, zoals ik wel vaker doe wanneer het wat donker geworden is. Deze keer was het echt donker, bij drie kwart van de woningen brandde helemaal geen licht, of je zag nog een dun straaltje licht schijnen door een kier van de tussendeur die de donkere voorkamer scheidt van de achterkamer. Ik vroeg me zo af, waarom het zo donker overal was, was de angst voor een nieuwe oorlog nu al zo groot dat men nat als in de oorlog de lichten uit deed om bombardementen te voorkomen? Opeens verscheen in de verte een vader met 2 jonge kinderen en de daarbij horende 2 lampionnen. Een ijzingwekkende rilling trok over mijn gehele lichaam…AAAAARRRGGHH!!!!Sint Maarten!!! Ik spoedde me naar huis, en begon met het uitdoen van alle lichten die brandden in huis, natuurlijk te beginnen met de woonkamer. Daarna waren de hal, de keuken en de slaapkamer aan de beurt. Nu zit ik nog in de studeerkamer, slechts vergezeld van het licht van het beeldscherm dit stukje in te typen, en voel me plotseling toch wat eenzaam. Stiekem hoop ik dan ook dat ze toch nog even aanbellen, om een liedje te zingen, ook al heb ik dan geen snoep in huis. Ik geef ze wel een paar kwartjes.